Jeremia 34:6

SVEn de profeet Jeremia sprak al deze woorden tot Zedekia, den koning van Juda, te Jeruzalem.
WLCוַיְדַבֵּר֙ יִרְמְיָ֣הוּ הַנָּבִ֔יא אֶל־צִדְקִיָּ֖הוּ מֶ֣לֶךְ יְהוּדָ֑ה אֵ֛ת כָּל־הַדְּבָרִ֥ים הָאֵ֖לֶּה בִּירוּשָׁלִָֽם׃
Trans.wayəḏabēr yirəməyâû hannāḇî’ ’el-ṣiḏəqîyâû meleḵə yəhûḏâ ’ēṯ kāl-hadəḇārîm hā’ēlleh bîrûšālāim:

Algemeen

Zie ook: Jeremia (profeet), Jeruzalem, Juda (koninkrijk), koningen van Juda, Zedekia, Zidkia

Aantekeningen

En de profeet Jeremia sprak al deze woorden tot Zedekia, den koning van Juda, te Jeruzalem.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יְדַבֵּר֙

sprak

יִרְמְיָ֣הוּ

Jeremía

הַ

-

נָּבִ֔יא

En de profeet

אֶל־

-

צִדְקִיָּ֖הוּ

tot Zedekía

מֶ֣לֶךְ

den koning

יְהוּדָ֑ה

van Juda

אֵ֛ת

-

כָּל־

-

הַ

-

דְּבָרִ֥ים

al deze woorden

הָ

-

אֵ֖לֶּה

-

בִּ

-

ירוּשָׁלִָֽם

te Jeruzalem


En de profeet Jeremia sprak al deze woorden tot Zedekia, den koning van Juda, te Jeruzalem.


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!